De Zaansche Molen bestaat 100 jaar en dat wordt het hele jaar door gevierd door middel van verschillende feestelijke activiteiten. Op 14, 15 en 16 maart vond het feestelijke jubileumweekend plaats, met een koninklijk bezoek, optredens van verschillende artiesten en lezingen en meer gezelligheid! Het weekend is afgesloten met het jubileumsymposium op 17 maart! Lees verder om te zien hoe het feest is verlopen.

Koninklijke verjaarsvisite

Het bezoek van Prinses Beatrix op de officiële viering van de honderdste verjaardag van De Zaansche Molen was de kers op een toch al verrukkelijke verjaarstaart. Een select gezelschap van officials en andere voor de vereniging belangrijke personen begroette op vrijdagmiddag 14 maart de prinses met een staande ovatie in het Molenmuseum. Daaraan voorafgaand had Arthur van Dijk, Commissaris van de Koning in Noord-Holland, De Zaansche Molen al gefeliciteerd door de Koninklijke Erepenning aan de vereniging uit te reiken.

100 jaar in beweging

Nadat Prinses Beatrix had plaatsgenomen, sprak Jan Goedhart, voorzitter van de Ledenvergadering, een welkomstwoord uit en presenteerde Henk Heijnen, hoofdconservator van het Molenmuseum, het jubileumboek ‘100 jaar in beweging – heden, verleden en toekomst van De Zaansche Molen’. Het eerste exemplaar daarvan werd vervolgens aan de prinses aangeboden door Floris en Casper, twee leden van de jeugdtimmerclub van de vereniging.

Dol op molens

De bijeenkomst werd besloten met de onthulling door Prinses Beatrix van een gedenksteen ter herinnering van het 100-jarig jubileum aan de gevel van het Molenmuseum. Dit moment werd gadegeslagen door de genodigden en door een groot aantal belangstellenden vanaf de Kalverringdijk. Maar de prinses had eerst nog ontmoetingen met verschillende jeugdleden, vrijwilligers en jonge molenaars van de vereniging. Daarbij onthulde zij dat haar man, wijlen Prins Claus, haar belangstelling voor het molenerfgoed had gewekt en dat zij nu dol op molens is.

Drukte in het Molenmuseum tijdens jubileumweekend

Het was in het weekend van 15 en 16 maart druk in en rond het Molenmuseum met leden, vrijwilligers en andere belangstellenden. Het buitenprogramma voor de honderdste verjaardag van De Zaansche Molen trok met name ook veel buitenlandse toeristen, die hun ogen uitkeken en zich laafden aan de gratis koffie, thee en speculaasjes. Maar dat mocht de pret niet drukken. Iedereen was welkom en genoot van het programma en de gezelligheid in en rond het museum.

Optredens

Vooral Stiltlife, de vier steltlopers die de verschillende seizoenen uitbeelden en ook het publiek daarbij betrokken, hadden veel bekijks. Optredens van verschillende muziekensembles zorgden in het buitenprogramma voor gezelligheid en sfeer. In het museum verzorgden de auteurs van ‘100-jaar beweging – heden, verleden en toekomst van De Zaansche Molen’ verschillende presentaties over het jubileumboek en waren er filmbeelden te zien van de officiële viering met Prinses Beatrix de dag ervoor.

Op naar de volgende honderd jaar!

Met het jubileumsymposium over de toekomst van ons erfgoed werden de feestelijkheden op maandag 17 maart besloten. Op deze datum waarop precies honderd jaar geleden vereniging De Zaansche Molen werd opgericht, kwamen zo’n 200 (molen)ergoedspecialisten, overheidsofficials, relaties en leden naar het Zaantheater om te discussiëren over de toekomst van het molenerfgoed. Want met de viering van het 100-jarig jubileum gaat het werk van De Zaansche Molen – behoud en beheer van de molens in de Zaanstreek – gewoon door. Vóór de afsluitende paneldiscussie had ‘keynote-spreker’ Jippe Kreuning, de jonge hoofdmolenaar van De Bonte Hen’, al vastgesteld dat er geen concessies aan het behoud van het erfgoed gedaan mogen worden. Ook niet als gevolg van bijvoorbeeld de grote druk van het aantal bezoekers.

Optimisme en vrolijkheid

Ondanks het serieuze onderwerp van het symposium straalde het programma toch optimisme en vrolijkheid uit. Een belangrijk rol daarin had Majanka Fröhlich, de dagvoorzitter die de programmaonderdelen op haar eigen ludieke wijze aan elkaar praatte. En ook De Kift, de band die het Zaanse geluid en de identiteit van de streek zo treffend kan verklanken, droeg in grote mate bij aan het feestgevoel.

De sprekers

Na de inleiding van Jan Goedhart, voorzitter van de Ledenvergadering en de Raad van Toezicht van de vereniging, was de bekende professor Herman Pleij de eerste spreker. Hij pleitte – met de nodige humor – voor het belang van het verenigingsleven en de vrijwilligers van erfgoedorganisaties zoals De Zaansche Molen. De tweede spreker, Jippe Kreuning, overtuigde zijn gehoor met een klinkende presentatie waarin hij het behoud van ons erfgoed boven andere belangen stelde zoals gebruik en publiekspresentatie.

Traantje

“En langs de molens van de Zaanstreek vind ik mijn weg terug naar huis”, klonk vervolgens het refrein van het lied van zangeres Fiona Huismans op de wijs van ‘Het Dorp’ van Wim Sonneveld. Sommigen pinkten daarbij een traantje weg. Het symposium werd tenslotte afgesloten met een paneldiscussie waarbij de balans tussen gebruik, conservering en presentatie van (molen)erfgoed het overkoepelende thema was. Aan de discussie werd deelgenomen door Marjorie Verhoek, hoofd Regio Noord-West van de Rijksdienst van het Cultureel Erfgoed, Jouke van der Werff, visiespecialist erfgoed van Zaanstad, Anneke van Mispelaar, expert op het gebied van erfgoed, recreatie en toerisme, alsmede Mark den Boer, smid en gastheer in het Openluchtmuseum Arnhem.

Na een samenvatting van de discussie door Katelijne Prinsenberg, directeur-bestuurder van De Zaansche Molen, werd in de ontvangstruimte van het Zaantheater tenslotte het glas geheven op de volgende honderd jaar van de vereniging. Hierna bleef het nog lang heel gezellig in de theaterfoyer…